zondag 2 juni 2013

Glimmend

in de schone was
vond mam
mijn twintig cent
mijn stuiterbal
mijn knikker van glas

in de zak 
van mijn jas
begon hun reis

tollend in het donker
kwamen ze vreemde
hemden tegen
onderbroeken keken
verbaasd om de hoek
en een broek
verloor zijn laatste vuil

ze kregen een nat pak
in de was 
in de zak
van mijn jas

glimmend van trots
kwamen ze terug






*


waarom wij wezenlijk anders zijn
zei zij
niet eens met zoveel woorden

is het besef dat de grens 
de plek is
waar we moeten zijn

niet buiten 
niet binnen
tussenin

het snijvlak
de overgang
daar zal het gebeuren

het deel waar de schaar door het papier snijdt
waar blijft dat? Er is altijd iets dat verdwijnt
tijdens het knippen zei zij