donderdag 20 september 2012

Gras en filterkoffie

mis het nu al
's ochtends op de natte velden
naar m'n jongens
zaterdag dat dwaze drieluik
van drie zonen op drie velden
in de krakende polders
en ik die probeer
drie ikken te zijn

mis het nu al
hoe het ruikt daar
gras en filterkoffie
sigaretten, frikandellen
koude voeten
rauwe schreeuwen
helder klinken
jongensstemmen

mis het nu al
hoe hij net niet scoort
en zijn rode wangen
glad nog
geel en wit en beste vrienden
en de vader
die teleurgesteld
zijn paraplu weer opsteekt

kan het missen al beginnen
als iets nog volop bezig is?



geel en wit en beste vrienden

zondag 9 september 2012

IJsjes voor koeien

Op dit bankje
denk ik
dank je

voor de zon in mijn rug
en de adem van mijn kind
voor het ruisen van de auto's
en de rust die ik hier vind

voor het waaien van mijn haren
en het even droog
tussen de buien door

voor wat ik kan verklaren
en wat niet

voor mijn uitzicht op het groene
en sigaren in het riet
die ijsjes voor de koeien zijn zegt Pip
van chocolade

voor mijn hersens die zo
optimistisch altijd nieuwe plannen
tegen beter weten in

elke dag een wandeling
dat is het voor vandaag

het blijft nogal vaag
tegen wie en waarom

maar toch zeg ik

dank je
voor mijn gedachten
op dit bankje


 
bankje
ijsje voor de koeien
wat ik kan verklaren
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

 

 

zaterdag 8 september 2012

Twee oude mannen en een jonge vrouw

Juli was een vreemde maand. 
Het werd zomervakantie, er was vrijheid en blijheid en er gingen drie mensen dood die ik bewonder.

Twee oude mannen en een jonge vrouw.

Begin juli ging Gerrit Komrij, ergens in het midden Rutger Kopland en op de 25e juli Bibian Harmsen. Ik kende ze geen van drieën persoonlijk, maar zo voelde het wel. Door hun woorden, door hun zinnen, door hun gedachten en hun gedichten.

Daarom deze blog voor mijn drie helden.

Gerrit Komrij, bedankt voor wat je voor de poëzie in Nederland hebt gedaan. Zo ontzettend veel. Voor mij was je de voorzitter van de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd waar ik dit jaar voor het eerst aan meedeed (en een gedicht bij de laatste 1000 had) en samensteller van de poëzie-scheurkalender die ik elke dag lees.

Rutger Kopland, bedankt voor je prachtige, eenvoudige, ontroerende gedichten.
Ik kreeg twee bundels van Frank voor mijn 42e verjaardag en lees er vaak in.
Ik vind je één van de beste Nederlandse dichters. Mijn lievelingsgedicht is 'onder de appelboom', maar ook 'vertrek van dochters' en 'tijd' zijn adembenemend.

Bibian Harmsen, bedankt voor je treffende blogs, grappige FB-berichten en voor je columns in Margriet. Je ziekte en de manier waarop je erover schreef hebben me zeer, zeer aangegrepen. Ik heb er wakker van gelegen en gedichten over geschreven. Dag dappere, muzikale 41-jarige moeder van drie kinderen. Je leeft voort.




Gedichten, woorden, laatste wensen voor deze drie bijzondere mensen.

Eerst een gedichtje van Remco Campert voor Gerrit Komrij.
Daarna het gedicht 'onder de appelboom' van Rutger Kopland en tot slot mijn drie gedichten voor Bibian.

Rest in peace.


Gerrit Komrij

Lopend over straat in Oud Zuid,
waar de wereld heel klein is,
weet ik: nu is Gerrit stervende
en raakt de poëzie
haar liefdevolle strenge meester kwijt.
De straat gaat door.
Het weer speelt mooi,
maar onweer dreigt
en mijn hart doet pijn.

Remco Campert, Amsterdam 5 juli 2012 (NRC


Onder de appelboom

Ik kwam thuis, het was
een uur of acht en zeldzaam
zacht voor de tijd van het jaar,
de tuinbank stond klaar
onder de appelboom

ik ging zitten en ik zat
te kijken hoe de buurman
in zijn tuin nog aan het spitten
was, de nacht kwam uit de aarde
een blauwer wordend licht hing
in de appelboom

toen werd het langzaam weer te mooi
om waar te zijn, de dingen
van de dag verdwenen voor de geur
van hooi, er lag weer speelgoed
in het gras en verweg in het huis
lachten de kinderen in het bad
tot waar ik zat, tot
onder de appelboom

en later hoorde ik de vleugels
van ganzen in de hemel
hoorde ik hoe stil en leeg
het aan het worden was

gelukkig kwam er iemand naast mij
zitten, om precies te zijn jij
was het die naast mij kwam
onder de appelboom, zeldzaam
zacht en dichtbij
voor onze leeftijd.

Rutger Kopland (uit Onder het vee, 1966)


Voor Bibian

hoi Bibian
uit Amsterdam
je kent me niet
ik jou nu wel

je blijft maar spoken in mijn hoofd
je leeft mijn grootste angst
daarvoor ben ik het bangst

nu al te moeten stoppen
met wat je 't liefste doet:
leven
even
please mag ik nog even?

Jij leeft mijn angst
mijn nachtmerries
mijn 'dat-overkomt-mij-niet' scenario

arme jij
vanaf nu leef je in mij
binnenin zit je en ik kijk
met jouw ogen
naar wat ik ook zo
graag groot wil zien
en oud
en grijs
leven op een helling
in een stroomversnelling
en wat daarna?

Misschien wel zoveel lichter zoveel wijzer
maar nooit ouder en nooit grijzer

kom je spoken na jouw tijd?
Dat hoop ik maar voor al jouw liefdes
dat je weer langs wangen strijkt

als je besluit te gaan
je kroontje op
oorbellen in
je mooiste kleren aan
is niets meer wat het lijkt voortaan.

Cindy Snoeck, Ouderkerk mei 2012



Wonderland

in je droom vannacht
was alles weer zoals het was

het roestig hekje van de buren
dat amper open ging
en de beloning

daar zat ze met haar rozen, chocolade
je sloeg haar paard maar nooit haar koning

de rode haren van je oudste
stonden prachtig op haar kat
argwanend sloeg hij je gade
hij zag al dat
een half leven in je zat

kon je maar leven in je dromen
waar alles toch nog goed zou komen.

Cindy Snoeck, Frankrijk, juli 2012




Trage tijd

ik vier vakantie
en jij ligt daar maar
te liggen en ik denk
aan vorig jaar
toen jij nog vierde
toen jij nog niks
wist
van nu
van hoe
je niks
meer kan
nu

één jaar maar
lijkt zo lang
geleden
trage tijd
bestaat niet
het spijt
me zo.

Cindy Snoeck, Frankrijk, juli 2012