zullen we een potje lachen
om ons vechten tegen hopen
vet, papier en kinderrommel
zullen we een lansje breken
voor ons overvolle leven
waarin zoveel dingen moeten
echt niet anders kunnen
echt niet
zullen we een traantje laten
om de wezenlijke dingen
die niet eens het daglicht
zien
omdat ik zand hoor schuren op
parket
onder sandalen van mijn
dochter
en haar gillend hoge lachje
steeds maar luider
mijn alarmbellen weer laat
luiden
omdat zoon drie een nectarine
vraagt en
nummer één of ik met
internetbankieren iets
betalen wil
dat hij gekocht heeft via Marktplaats
kan ik zinvol leven kopen
als in ‘vol met mooie zinnen’
zoals deze die maar in
mijn hoofd blijft zingen
‘weer ging de wereld als een meisjeskamer open
het straatgebeuren zeilt uit witte verten aan’
zullen we de taal bedanken
redder tijdens lege dagen